Ik sta in een donkere kamer.
Een man met een hoofdkapje en mondlapje
geeft me macht over leven en dood.
Hij wijst naar een roerloze man in een bed.
‘Gaan we behandelen of
laten we je vader waardig dood gaan?’
Ik krijg gelukkig de voldoende tijd om
na te denken; zo’n twee seconden.
Dood klopt op de deur. Zet de deur niet
voor hem open, geef hem geen stoel.
Ik moest even God zijn.
Het beviel me niet.
Helaas Gerhard, doodgaan hoort bij het leven. Er over beslissen is Gods onmogelijk, onmenselijk en vreselijk voor de achterblijvers.
Troost je, je bent niet de enige in deze positie. Ik ook vorig jaar bij mijn jongere zusje.
We likken onze diepe wonden die dit slaat en moeten verder met ons leven.