Wat voelde het fantastisch
om goed te doen,
om vluchtelingen op te vangen.
Wat waren we toch hulpvaardig
en menselijk en christelijk.

Ach, wij als barmhartige Samaritanen,
dan kijk je graag in de spiegel.
We konden zoveel medelijden
goed advies, dekens en eten
aan die mensjes kwijt.

In het hele land zorgden
comités voor maaltijden en
zalvende woorden.
Wat denk je dat dat
op jaarbasis kost?

We luisterden tevreden
naar de lyriek van hun
dankbaarheid. Die Belgen wisten
wel hoe het hoorde.

Hoewel sommigen lachten
en wilden gaan dansen op
zondagavond in Harderwijk.
Ik herhaal: dansen op
zondagavond in Harderwijk.
Ze wilden zich niet vervelen.
Waarom kom je dan naar Nederland?

Nee, we hebben die miljoen vluchtelingen
goed opgevangen,
onderdak gegeven,
maaltijden verstrekt en
monumenten laten bouwen.

En na de oorlog stuurden we
de Belgische regering een
rekening voor gemaakte kosten.