Mijn moeder moeder mist mijn visites. Ze zit sinds januari in een verpleeghuis. Sinds half maart mag er geen bezoek meer komen. Als ik beelden van andere tehuizen zie, hebben we nog mazzel. Het tehuis zorgt voor beeldbellen. Ook zijn er raamkwartiertjes. Dan zit zij aan de éné kant van het raam en ik aan de andere kant. Via een telefoon kunnen we met elkaar praten. Het is afschuwelijk, maar beter dan niets. De afzondering is niet goed voor haar. Ze heeft verdriet en wordt boos van het gebrek aan contact.
Ze vraagt me elke dag een keer of tien wanneer ik nu op bezoek komen. Ik leg dan uit dat het niet mag. Dan wordt ze boos en begrijpt het niet. Het is maar goed dat de minister-president niet hoort wat de bewoners van verpleeghuizen allemaal over hem zeggen. Mijn moeder constateerde laatst: ‘ik vind dit zwaar kut’.  Dat is het meest positieve wat zij vindt van de situatie.
Ik hoor van haar dat alle bewoners eigenlijk wel naar huis willen en helemaal gestoord worden van de eenzaamheid. In mailtjes van het tehuis lees ik dat het zwaar is voor verpleegkundigen. Voor de mantelzorgers is deze situatie hartverscheurend. Iedereen voelt ze zich machteloos. Je geliefden in het tehuis denken dat je tekort schiet of hen in de steek laat. Dat gevoel is inderdaad zwaar kut. Er zijn 25 tehuizen waar naaste familie op bezoek mag komen, maar dus ook heel veel tehuizen niet. Dit is een bijzondere verdrietige en eigenlijk onhoudbare situatie.  Dit kan veel beter opgelost worden. En de bewoners uit verpleeghuizen gaan ook niet naar de IC begrijp ik, dus dat is ook geen argument om de tehuizen dicht te houden.  Sterven aan corona is vreselijk, maar door eenzaamheid en verdriet doodgaan, is niet echt veel beter.