Je vraagt me:
heb je nog goede voornemens?
Ik zie een rimpel in jouw
voorhoofd en een regenwolk
in jouw mooie blauwe ogen,
een orkaan rond jouw lippen.

Ik denk: leefde ik dit jaar
dan zo slecht dat ik mijn gedrag
moet verbeteren? Ik eet altijd
met mes en vork, geef iedereen
keurig een handje en
soms zelfs een zoen.

Ik kook altijd zelf echte verse
groenten. Plofkippen en varkens
zie je niet op mijn bord. Mijn zalm
en kabeljauw zijn duurzaam gestorven.
Ik maak mijn eigen soepen.

Natuurlijk soms ga ik me te
buiten aan bitterballen en let
niet op mijn dieet. Dan drink
ik net iets te veel bier. Maar
om daar nou zo’n heisa van
te maken. Ik kom altijd veilig thuis.

Nee, ik ga mijn leven niet
veranderen, want ik ben lekker
bezig. Maar ik zeg schaapachtig:
‘ja, lieverd, ik ga mijn best doen’.
Dat is het enige dat anders moet:
Ik geef je veel te vaak je gelijk.