‘Mama, mama, mama, ik heb Maradona gezien. Mama, mama, nu ben ik verliefd.’ Ik zag de documentaire over het wonderbaarlijke, prachtige en verschrikkelijke leven van Diego Maradona. De tekst van dit lied zoemt in mijn hoofd rond. De situatie is als volgt. Napoli was een degradatiekandidaat en de stad failliet, toen de voetbalclub Maradona kocht; de duurste voetballer ter wereld. Binnen een paar jaar maakte hij de club kampioen. In de kleedkamer na deze sensatie zongen zijn medespelers dit lied voor hun collega.
Je hebt stoere mannen, je hebt super stoere mannen en de grootste macho’s waren in die tijd de Italiaanse voetballers. Wonderbaarlijk dat je zo over je collega zingt. Maar alles aan Maradona was wonderbaarlijk. Op het voetbalveld wist hij de weg, daarbuiten was hij verdwaald.