Een moeder stond af te rekenen in de supermarkt. Op en over het karretje kropen haar dochters, hetzelfde knotje in hun haar. De vrouw had thuis waarschijnlijk nog zes kinderen, want ze nam heel veel boodschappen mee. Haar meisjes begeleidden alles wat ze op de kassaband legde met tweestemmig commentaar. ‘Bananen’, ‘eieren’ galmde het door de winkel. Sommige aankopen zorgden voor kritische bespiegelingen.
‘Wat zijn  dat voor hageltjes?’
‘Dierenhageltjes.’
‘Hou jij daarvan?’
‘Ja.’
Het oudste meisje keek naar de onafzienbare hoeveelheid boodschappen en constateerde: ‘Dan moeten we ook nog inkopen voor kerst doen’.
‘Dat duurt nog erg lang,’ zuchtte de moeder. Ik hoorde de dankbaarheid in haar stem.