Deze verkiezingscampagne begint echt te voelen als een belediging van mijn intelligentie. Denken al die politici nou echt dat ik in al onzin trap.
Neem bijvoorbeeld Lodewijk Asscher, die klaagt over het sociale beleid van dit kabinet. ‘Geef mij de kans,’ zegt de man. Hij was vier jaar lang minister.
Dan hoor ik de PVV, de VVD en het CDA zeggen dat ze alleen vluchtelingen toe willen laten die ‘onze normen en waarden onderschrijven’. Gaan we strikvragen stellen: ‘Ben je van plan een aanslag te plegen? Nee, o, dan mag je binnenkomen.’
Lodewijk Asscher zegt: ‘We moeten beloond worden, omdat we de moed hadden om te regeren’. Hoezo? Ik ben het met het beleid niet eens. Hij is ook ineens de ‘vice-minister-president van alle Nederlanders’. Ik ken wel een bonus voor de minsiter-president, al valt die nu ook tegen. Maar van zoiets als een vice-minister-president ook voor mij, heb ik echt nog nooit gehoord.
Ineens zit in de Nederlandse identiteit in paaseitjes en kerstbomen, hoeven vluchtelingen niet op klompen te lopen.Sommige slogans zijn ook te simpel om waar te zijn. ‘Pak de macht’ van de SP. Hoeveel zetels hebben ze nou helemaal? Maar sommigen zijn te arrogant om waar te zijn. ‘Een Goed klimaat. D66 krijgt het voor elkaar.’ Werkelijk, in je eentje. Hou toch eens op, dames en heren.
Dit zijn verkiezingen, niet het WK dwaas denken.