De Leusder Krant meldt dat een aantal mensen en organisaties heel erg boos is op Kamp Amersfoort, omdat ze Armando wil eren. Armando zou met de SS heulen, omdat hij een boek geschreven heeft waarin hij een aantal Nederlandse SS’ers over hun opvattingen en verleden interviewt. Daarom is het ongepast Kamp Amersfoort aandacht aan de kunstenaar besteedt. Een aantal critici vraagt zich vertwijfeld af: waarom toch altijd die aandacht voor Armando in Kamp Amersfoort? Directeur Meershoek wil volgens de krant niet met de critici spreken.
Ik ben redacteur geweest van een boek waarin de geschiedenis van Kamp Amersfoort na de oorlog beschreven wordt door Cees Biezeveld, die de Stichting Nationaal monument Kamp Amersfoort mede heeft opgericht en de eerste directeur was. Ik ben toen een jaar of acht vrijwilliger bij Kamp Amersfoort geweest. Twee keer heb ik daar Armando ontmoet, die met respect behandeld werd.
Ik zal in het kort en heel ruw uitleggen wat de band is tussen Kamp Amersfoort en Armando en waarom het goed is dat zij Armando eren. Na de oorlog had niemand, maar dan ook niemand enige belangstelling voor de geschiedenis van die plek. Het terrein werd voor van alles en nog wat gebruikt. Delen van de gevangenenbarakken zijn volgens de verhalen gebruikt om kippenhokken te bouwen. De reden was simpel. Men dacht dat de Duitsers in Kamp Amersfoort alleen communisten gevangen hielden en dat waren toen de vijanden. In jaren vijftig kwam De Stenen Man. Verder was er niets. Oud-gevangenen konden niet naar het toilet. Ze werden niet opgevangen. De geschiedenis was vergeten.
Toen begon Armando met krantenartikelen, radio-items en televisie-uitzendingen over deze verlaten plek. Zonder zijn inzet was de gedenkplaats nu gewoon een parkeerplaats van de golfbaan geweest. Langzaam maar zeker wakkerde de aandacht voor de plek aan en werd een klein gedeelte van het toenmalige Kamp ingericht als gedenkplaats, waar het verhaal van de gevangenen verteld werd. Vrijdag is er weer een mooie herdenking van de overdracht van de Duitse bewakers aan Loes van Overeem van het Rode Kruis. Zonder Armando was Van Overeem vergeten en die herdenking er niet geweest.
Armando vertelde me dat hij in zijn leven één held was tegengekomen en dat was deze vrouw.
O ja, wat dat SS-boek betreft: ik heb het twee keer aandachtig gelezen. Uit de context wordt het duidelijk dat hij behoorlijk ruzie met een aantal SS’ers had tijdens de interviews.