Ik vind het ingewikkeld om boodschappen in de supermarkt te doen en anderhalve meter afstand te houden. Ik gebruik een karretje en maak die keurig schoon. Dat is geen probleem. Als ik meedoe, wil ik het ook origineel doen, zoals mijn opa dat noemde. Dus zo goed mogelijk. Maar dan vind ik het weer gek om mensen in een pad te passeren. Aan de voorkant is het wel anderhalve meter maar aan de zijkant passeer je elkaar op een halve meter. Dus moet een pad leeg zijn of moet ik even wachten. Het is wel interessant dat mensen met elkaar gaan overleggen, maar als dat te lang duurt kan dat weer een samenscholing worden.

Ik liep een pad in. Daar stond een bekende van me. Ze zocht iets in een vak. Ik wachtte keurig, want ik wilde het volgens mijn eigen regels doen. Zij kon het gewenste artikelniet vinden. ‘Loop maar door,’ zei ze. ‘Ik hou zolang mijn adem in.’