Gisteren was er een documentaire over het afscheid van Youp van ’t Hek als cabaretier op tv. Ik heb even gekeken en werd toen weer eens onmetelijk moe van de man. Het botert niet echt tussen de Te Winkeltjes en de Van ’t Hekjes. Nee, dat zeg ik verkeerd. Mijn familie werkt als een rode lap op die kansloze Henkies.
Toen Van ’t Hek net doorbrak ging ik met mijn ouders naar een voorstelling. Die fijne Youp zag mijn moeder rustig in de zaal zitten. Zonder enige aanleiding begon hij haar minuten lang uit te schelden. Nu was mijn moeder nieuwsgierig dus wilde ze nog wel een keer naar die grapjas. We zaten verder naar achteren in de zaal. Het was weer hetzelfde liedje. Hij zag haar en begon te schelden. Haar conclusie: ‘Die gast spoort niet’.
Ik had de pech dat ik een keer verslag moest doen van een training die Tom van ’t Hek, de broer van, in Leusden gaf. Hij kwam binnen, zag me en begon meteen tegen de sporters. ‘Dat is een klootzak. Pest hem. Pak hem zo hard mogelijk aan.’ Ze probeerden hem te overtuigen dat ik best meeviel. Maar hij wist al, die gast deugt niet. Ik heb me maar niet voorgesteld aan deze mensenkenner…
Youp van ’t Hek heeft eindelijk besloten dat hij Nederland niet langer met zijn ‘verfrissende’ humor zal lastig vallen. Hij was boos op de VARA, omdat ze hem niet met respect behandelden bij zijn afscheid. Dat vond ik zijn beste grap. Jarenlang iedereen op grond van vooroordelen en pure domheid afbranden en dan respect eisen.
Ik zal het lied ‘Cabaret’ van Rick Dros citeren: ‘Cabaret, dat is een jongeman op gympen/die er schik in heeft de wereld te beschimpen/met een grappenarsenaal dat reikt van Bernhard tot aan Claus/doet hij soms of hij boos is en vermorzelt hij de paus. ‘
Geef een reactie